Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Doch [43]de kinderen Belials zeiden: Wat zou ons deze verlossen? en zij verachtten hem, en brachten hem [44]geen geschenk. Doch hij was [45]als doof. 43. Zie Deut.13:13. 44. Gelijk de onderdanen plachten te doen tot een teken van gehoorzaamheid en dat zij hem erkenden voor hun koning. Zie 2 Kron.17:5;; Matth.2:11. 45. Of, als stom, als stilzwijgende.